News

Music for harp & piano

Music for Harp and Piano: Pollini, Negri, Mercadante, Rossi

 

© Harry-Imre Dijkstra, september 2021

Music for harp & piano

Pollini: Grande Sonate
Negri: Capriccio
Mercadante: Melodia
(Lauro) Rossi: Divertimento

Anna Pasetti (harp), Michele Gioiosa (piano)
Brilliant Classics 95926 • 69' •
Opname: juni/juli 2019, Conservatorium Umberto Giordano, Foggia (I)

Een niche is het repertoire voor harp en piano zeker: de instrumenten liggen elkaar wat betreft klank en registerwerking gemakkelijk in de weg en ook de dubbele functionaliteit van beide, melodie en begeleiding tegelijk, maakt het niet eenvoudig om er een volwaardig werk voor te schrijven. Maar dit album bewijst dat het kan; daarbij raken we op deze wijze ook bekend met enige illustere creatieve geesten uit het verleden. De eerste is gelijk een heel bijzondere: Francesco Pollini was leerling van onder meer Mozart (die ook een pianowerk aan hem opdroeg) en werd een bekende pianopedagoog in Milaan. Zijn vriend Bellini zou de overbekende opera La Sonnambula aan hem opdragen. De driedelige Grande sonate laat de luisteraar direct wennen aan de aanzienlijke verschillen tussen harp en piano, vooral aan het duidelijk afgebakende en diepe geluid van de aangeslagen piano tegenover de feëriek doorklinkende melodieën op de getokkelde harp. Pianist Gioiosa pakt zijn partij stevig aan en zorgt met recht-door-zee spel voor een behoorlijk spanningsveld waarin harpiste Pasetti zich kranig beweegt. De Romance, deel twee van dit opmerkelijke werk, wordt helaas wat genadeloos door Gioiosa ingezet, waarna de harp weinig kans heeft om nog bij te sturen.

Dat lukt haar wél in het Capriccio van Negri, om de eenvoudige reden dat de pianopartij hier veel meer is ingekaderd en een sterk begeleidend karakter heeft. Wel is er bijna halverwege een uiterst vreemd effect toegepast, waardoor de piano vanuit de badkamer hiernaast lijkt te klinken. De compositie, met variaties op een aria uit Rossini's La gazza ladra, is uiterst onderhoudend en denkelijk het sterkste en meest fantasierijke werk van dit album; het biedt de harpiste een gemakkelijk te betreden podium, dat ze dan ook krachtig bezet houdt. Negri was net als Pollini pianodocent in Milaan, maar daarnaast kapelmeester van de bekende Duomo (kathedraal).

Wie Mercadante zegt, denkt natuurlijk aan de opera. De Melodia, oorspronkelijk voor harp en kamerorkest, heeft ook verdacht veel weg van een recitatief en aria. Grotendeels een zeer te genieten en niet diepgravend werkje, tot het moment dat er te veel unisoni optreden en de harp bovendien teruggefloten lijkt te worden om de piano een flink stukje te gaan begeleiden. Bij een orkestversie zal het effect hiervan ongetwijfeld milder uitpakken.

Aan het Divertimento van Lauro Rossi (geen familie van Luigi Rossi) valt ontegenzeggelijk een opera-achtergrond af te horen. Van de vier componisten op dit album had hij het meest avontuurlijke leven: na vroeg succes in het theater van Napels en meteen daaropvolgend een debâcle, nam hij de benen naar Mexico en richtte vervolgens op Cuba een operabedrijf op. Na terugkeer in Italië werd hij conservatoriumdirecteur in Milaan, later in Napels en schreef hij enige populaire opera's.
Eigenlijk is het opmerkelijk dat uitgerekend in Rossi's een niet erg spannende, noch voornaam uitgewerkte compositie biedt, maar het duo Pasetti-Gioiosa hierin het beste uit de verf komt, met de partijen goed en sterk tegenover geplaatst. Zelfs biedt het wat ruimte voor vrolijke accenten en meer subtiele momenten. We nemen de vele tegelijk gespeelde melodieën hier graag voor lief, omdat de energie van het duo veel goedmaakt.